Traplift plaatsen in algemene ruimte? Denk aan toestemming van huisbaas of Vereniging van Eigenaren (VvE)

Voor het laten plaatsen van een traplift in een openbare ruimte van een appartementencomplex, heeft u in veel gevallen toestemming van de Vereniging van Eigenaren (VvE) en/of uw eventuele huisbaas nodig. Woont u in een van de onderstaande situaties? Dan geldt over het algemeen het volgende, waarbij het begrip ‘redelijkheid’ in alle gevallen een belangrijke rol speelt.

Situatie 1: Heeft u een huurwoning in een gebouw met een eigenaar die ook de eigenaar is van alle andere huurwoningen in dat complex?

Op welke plek in het gebouw u ook woont, voor het plaatsen van een traplift binnenshuis en in gedeelde ruimten is het akkoord van de eigenaar altijd noodzakelijk. Deze kan in redelijkheid echter niet weigeren. Wordt een traplift geplaatst op grond van een beschikking van de gemeente, dan mag de eigenaar dit zelfs niet weigeren. Wel kan de eigenaar van het pand u verzoeken om aan het einde van de huurovereenkomst de traplift te (laten) verwijderen en dat deze geen obstakel vormt voor andere bewoners in het pand.

Situatie 2: Heeft u een huurwoning in een gebouw dat is gesplitst in appartementsrechten?

Dan is voor het plaatsen van alle liften het akkoord van de eigenaar én van de Vereniging van Eigenaars noodzakelijk. Deze kunnen in redelijkheid echter niet weigeren. Wordt een traplift geplaatst op grond van een beschikking van de gemeente, dan mogen zij zelfs niet weigeren. Wel kan de eigenaar van het pand en (als het gaat om een trap die gedeeld wordt met andere bewoners) de Vereniging van Eigenaars u verzoeken om aan het einde van de huurovereenkomst de traplift te (laten) verwijderen. Ook mag deze geen obstakel vormen voor andere bewoners in het pand.

Situatie 3: Heeft u een koopwoning in een gebouw dat is gesplitst in appartementsrechten?

In dit geval is geen toestemming vereist van de Vereniging van Eigenaars als het gaat om een trap binnenshuis (dat wil zeggen binnen het appartementsrecht op de woning). Het gaat hier immers om uw eigen ruimte. Dat geldt ook voor aanpassingen op een trap van een bovenwoning naar de straat als die slechts door één van de eigenaars wordt gebruikt (denk aan een dubbele bovenwoning) en als die volgens de splitsingsakte toebehoort aan de bovenwoning.

Gaat het om een buitentrap of om een trap naar een bovenwoning die wordt gebruikt door meerdere eigenaars van het gebouw? Dan is voor het plaatsen van een traplift op die trap wel de toestemming van de Vereniging van Eigenaars noodzakelijk. Deze kan in redelijkheid echter niet weigeren. Wordt een traplift geplaatst op grond van een beschikking van de gemeente, dan mogen zij zelfs niet weigeren. Wel kan de VvE u verzoeken om aan het einde van de huurovereenkomst de traplift te (laten) verwijderen. Ook mag deze geen obstakel vormen voor andere bewoners in het pand.

Uiteindelijk beslist de rechter over traplift in openbare ruimte

Wanneer redelijkheid van een verhuurder en/of VvE mag worden verlangd is natuurlijk een subjectieve vraag. Soms zijn zij om welke reden dan ook onredelijk bij een vraag om toestemming. Of een traplift uiteindelijk in een openbare ruimte mag worden geplaatst, dat bepaalt dan uiteindelijk een rechter of een arbiter. Er wordt een oplossing gezocht door middel van een voor betrokkenen bindend advies, eventueel via een tussenpersoon.

In hoeverre een traplift een obstakel vormt op de gemeenschappelijke trap, is dan een belangrijke motivatie voor het uiteindelijke besluit. Er wordt bijvoorbeeld bekeken of andere bewoners nog met een boodschappentas de trap op zouden kunnen. De komende jaren zal jurisprudentie meer duidelijkheid geven over het plaatsen van een traplift in verschillende openbare ruimten.